Het horrorverhaal van mijn hartkatherisatie
Horrorverslag van mijn hartkatherisatie in het ziekenhuis van Kotka op 28 januari 2020
Na
diverse onderzoeken, besloot men tot een hartkatherisatie. Dit moet
gebeuren in een ander ziekenhuis zo’n 100 km hiervandaan.
Ik
moest 2 maanden wachten op de afspraak.
Aangezien
ik na die ingreep niet met de auto mag rijden, zou het handig zijn
met mijn camper te gaan en daarin te overnachten.
Maar
het is januari, dus sneeuw en ijzel en koud en mijn campertje heeft
geen winterbanden.
Ik
boek een b&b op wandelafstand van het ziekenhuis. Ik check in op
dinsdag de 27ste.
Ik
doe amper een oog dicht die nacht. Het lijkt wel alsof ik op een
plank lig in plaats van op een matras.
Dan
hoor ik weer iemand door de gang lopen, dan hoor ik weer iemand de wc
doorspoelen, dan weer iemand in de keuken rommelen, dan weer gepraat.
Oh
wat verlang ik naar mijn campertje, naar mijn eigen bedje, mijn eigen
plekje.
De
volgende morgend ga ik naar het ziekenhuis waar ik om 6:50 aankom.
Afspraak
is om 7:00 uur.
Om
7:10 komt een verpleegster me halen en wordt in een bed geinstaleerd.
Infuus met de nodige dinges. Bloedsuiker controleren,
medicijngegevens enz…
Ik
mag niet eten of drinken en hoop maar dat het snel achter de rug zal
zijn.
Het
wordt later en later… en later en later…
Af
en toe verschijnt er een verpleegster die het infuus controleert en
voor de medicatie zorgt.
Ik
heb honger en dorst.
Ik
lig in een geimproviseerde kamer zonder raam, met drie bedden en
kamerschermen tussen de bedden. De anderen zijn 1 man en 1 vrouw,
allen op dezelfde kamer dus. Als je al van kamer kan spreken. Er is
geen raam, er zijn alleen grote tl lampen en verder niets. Een soort
berghok waar ze een extra kamer van gemaakt hebben.
Een verpleegster verteld me dat normaal gezien hier geen patienten liggen maar dat het geimproviseerd is omdat ze volzet zijn. Zelfs in de gang staan bedden met patienten erin.
Een verpleegster verteld me dat normaal gezien hier geen patienten liggen maar dat het geimproviseerd is omdat ze volzet zijn. Zelfs in de gang staan bedden met patienten erin.
Mijn
kamergenoten krijgen ontbijt, krijgen warm middageten, krijgen een
tussendoortje. De geuren komen mijn kant op. Ik lig in bed en probeer
een beetje te slapen. Zelfs een ziekenhuisbed is comfortabeler dan
het bed in de b&b.
Om
mijn medicatie te nemen, krijg ik een bekertje water. Ik heb een
rijdend infuus, dus ga ik dat bekertje regelmatig bijvullen aan de
kraan.
Wat
duurt de dag lang zo. Alleen maar een bed, niks anders. Ik probeer
mijn Grieks wat te oefenen maar dat lukt me niet, ik heb een duf
hoofd en een vage hoofdpijn (van de honger?).
En
dan… horror… om 16:00 uur (na 9 uur wachten) komt een
verpleegster me zeggen dat het onderzoek geannuleerd is !!!!
Begrijpe
wie begrijpe kan.
Ik
ben me daar toch boos geworden!
Stonden
ze daar op een bepaald moment al met drie aan mijn bed.
Toen
zei er eentje dat zij daar niets aan kunnen doen of in beslissen, dat
zijn de artsen die dat beslissen, zij moeten alleen ‘maar’ het
slechte nieuws overbrengen, de vuile karweitjes opknappen dus. Want
een arts heb ik niet gezien!
“Kan
je donderdag terugkomen?” Wablieft ???? Ik ben hier van 7 uur deze
morgend, het is nu 16 uur en jullie komen me doodleuk zeggen dat het
gecanceld is en of ik donderdag maar efkes wil terugkomen. Met wie
zijn voeten wordt er hier gespeeld? Zo ga je niet met mensen om !
“Dat gebeurt hier altijd” zeggen ze.
Alledrie
weer weg… even later alledrie weer terug. Ik heb twee opties,
donderdag om 12 uur of weer onderaan de wachtlijst en een afspraak
voor later. “Wanneer is die later dan?” “Dat weet ik niet, in
ieder geval niet in februari, niet in maart, dat zit al helemaal
vol.” (En donderdag zit dan ineens niet helemaal vol of wat????)
Aangezien
ik de b&b geboekt heb tot donderdag, besluit ik dat dan te doen.
En ineens mag ik zelfs nog eten voor de ingreep.
Maar
ook donderdag is niet zeker of het gaat gebeuren. “We hopen voor
donderdag” zeggen ze.
Wordt
vervolgd...
Donderdag
30 januari.
Ik
meld me om 12 uur op dezelfde afdeling.
Krijg
nu een kamer alleen, met eigen badkamer, douche en wc, en een
televisie, een een groot raam met uitzicht op de straat. Het sneeuwt.
De
verpleegster zegt me dat ik deze kamer krijg omdat ze (wonder boven
wonder (sarcastisch)) volzet zijn.
Infuus
wordt ingebracht en dan begint het wachten weer.
Om
16:00 is het dan toch eindelijk zover, nog wat pilletjes om vanbinnen
een en ander te ontspannen en dan kan het beginnen.
Er
zijn twee verpleegsters en de arts in die ruimte. Ik krijg een
verdovingsprik in mijn pols en meteen daarna gaat die arts die
katheter inbrengen. Auuwwww dat doet pijn. Ik hoor hem zeggen dat hij
nog wat verdoving zou bijspuiten. Weer een venijnige prik maar het
blijft even erg pijn doen. Mijn hand, mijn pols, verschrikkelijke
pijn. Ik kan me alleen maar op mijn ademhaling concentreren om de
pijn aan te kunnen.
En
zelfs dan ontsnappen me nog verschillende auws.
Twee
tot drie keer met pijnscheuten tot aan mijn elleboog.
Op
die filmpjes op internet, zelfs die van de ziekenhuizen zelf, stellen
ze het wel heel erg rooskleurig voor, alsof het een fluitje van een
cent is en niks voorstelt.
Het
tegendeel is waar, het is een verschrikking.
Het
duurt een half uur en op het einde lopen de tranen over mijn wangen
van de pijn.
Alle
buisjes en slangetjes eruit – pijn!
En
dan wordt de wond afgedrukt en omzwachteld met een drukverband. Vanaf
dat moment ebt de pijn weg.
Ik
moet vier uur wachten en dan mag ik naar huis.
's Avonds is mijn rechterhand dik en blauw en koud. Ik bel de verpleegster en zij maakt het drukverband iets losser. Langzaam wordt mijn hand weer normaal.
Vandaag mag ik mijn arm helemaal niet gebruiken. Morgen wel weer.
Omdat ik alleen woon, blijf ik een nachtje en de volgend morgend na het ontbijt, rij ik naar huis.
's Avonds is mijn rechterhand dik en blauw en koud. Ik bel de verpleegster en zij maakt het drukverband iets losser. Langzaam wordt mijn hand weer normaal.
Vandaag mag ik mijn arm helemaal niet gebruiken. Morgen wel weer.
Omdat ik alleen woon, blijf ik een nachtje en de volgend morgend na het ontbijt, rij ik naar huis.
Dit
wil ik nooit meer meemaken!
Het begon als een horrorverhaal en het eindigt als een horrorverhaal.
Het begon als een horrorverhaal en het eindigt als een horrorverhaal.
Einde.
Reacties
Een reactie posten